"Onze Leonie
verzorgt meestal de inleiding. In iets van Marimekko, want daar heeft haar
schoonzuster een winkel in. En dan schuifelt de debutant naar zijn
voorleestafeltje. Hij is nog geen Adriaan van Dis of Arthur Japin, hij loopt
met de bilspieren strak aangespannen en de schouders hoog opgetrokken. Allemaal
nervositeit. Maar het ergste moet voor hem nog komen. We houden de gasten
vooraf altijd zo veel mogelijk backstage, ziet u, meestal in het magazijn,
totdat het programma begint. Dus zo’n jongen is nergens op voorbereid.
Hij gaat zitten
en slaat zijn ogen naar ons op.
Inmiddels
kennen we alle symptomen.
Eerst is er
ongeloof. Daarna schrik. Soms zelfs klinkklare paniek. De blik wordt glazig,
met witte knokkels wordt de rand van het tafeltje omklemd. En dan krijg je het
instinctief ineenkrimpen, het terugdeinzen van het bovenlichaam, het steels
deppen van voorhoofd en bovenlip. We zien een panische denkbel boven het jonge
schrijvershoofd omhooghuiveren: 'Mijn god! Alleen maar middelbare mutsen!'"
Uit: De leesclub
Geen opmerkingen:
Een reactie posten